Toen mijn vrouw en ik zaterdagavond even buiten zaten, zagen we de lijsters, die in onze tuin zijn ‘geboren’, met hun ouders. En ineens zagen we, dat de moeder- of vaderlijster aankwam, met in zijn snavel een huisjesslak. En vandaar mijn eerste verwondering: op het tegelpad sloeg deze lijster met flinke kracht het huisje van de slak kapot en voedde toen met de slak de jongen. Wat zie je daarin dan de grootheid des Heeren. En toen begreep ik ook, (en dat is de tweede verwondering) waarom er, in tegenstelling tot een paar weken geleden, niet meer door slakken van mijn planten werd gegeten. Dus niet alleen zingt de lijster mooi, maar is hij ook nog nuttig voor de tuin. En nu de derde verwondering: Dat nu deze grote God, Die dit alles zo maakte, in Christus voor mij als zondaar in Christus mijn God wil zijn.